‘Ik wil jullie graag in de kring.’ De tweedejaars leerlingen schuiven wat met tafels en stoelen en gaan gezellig zitten. Met wat laatste aanwijzingen en verschuivingen is er een kring, met een groot gat bij het scherm. ‘Jullie mogen op volgorde van huisnummer gaan zitten’, is mijn volgende aanwijzing. ‘Hier het laagste nummer, daar de hoogste. Ik heb nummer 725.’ De leerlingen beginnen spontaan huisnummers te roepen. Na ongeveer drie minuten zitten alle leerlingen op hun stoel. We doen een huisnummercheck om te zien of de volgorde klopt. Hij klopt.
Terwijl de leerlingen bezig waren met de huisnummers, heb ik sigaretten, sigaren en een waterpijp op de tafels in het midden gezet.’ Eigenlijk had ik nog een shisha pen mee willen nemen, maar dat is niet meer gelukt. Heeft iemand er een bij zich?’ Nee, niemand heeft er een mee. ‘Dan legt u toch gewoon een pen op tafel?’, is het voorstel van een van de jongens. Oké, doen we dat. ‘Goed. Wat van wat daar op tafel ligt heb je al wel eens gerookt?’ De vingers schieten de lucht in. ‘Ik begin bij mijzelf en ga de hele kring rond. Iedereen komt aan de beurt. Dingen die je niet wil delen, hoef je niet te delen. Ik heb alles wel eens gerookt, behalve de shisha pen.’ Ik wijs de volgende leerling aan. Zo gaan we de hele kring rond. Leerlingen zijn eerlijk en open. Sommigen hebben alles wel eens gerookt, sommigen niks. Vooral de waterpijp en shisha pen zijn populair. Als iedereen geweest is geef ik de leerlingen de opdracht in tweetallen een situatie te delen die te maken heeft met één van de zaken die hier op tafel ligt. De leerlingen vertellen elkaar open over een keer dat ze rookten, over hun moeder die weleens wiet rookt met vrienden of over hun ouders die het maar niet lukt te stoppen met roken. Daarna komen de vragen. ‘Wat is slechter, waterpijp of sigaretten? Hoe oud was u toen u voor het eerst rookte? Is een shisha pen ongezond? Hoe komt u aan die waterpijp? Hoe werkt een waterpijp?’ Ik vind het mooi om te merken dat leerlingen het inmiddels gewend zijn dat ik ze vraag naar persoonlijke zaken en dat ze zich in dit lokaal veilig genoeg voelen deze te delen.
Wanneer de antwoorden zijn besproken en er is geroken aan de verschillende rookwaren, gaan de leerlingen zelfstandig aan de slag met een online werkblad over de effecten van roken op het menselijk lichaam.
Ondertussen hoop ik dat het werkt. Dat leerlingen met deze kennis keuzes kunnen maken met betrekking tot hun rookgedrag. Dat ze bewuste keuzes kunnen maken. Want dat is het doel van burgerschapsvorming.
Prachtig!
Dankje!